« Terug naar overzicht

Roel den Dunnen

Havenman van het jaar 1989

Wethouder Haven en Economische Ontwikkeling van Rotterdam

Drs. R. den Dunnen, wethouder voor de haven (1981-1990), heeft zijn verkiezing tot Havenman vooral verdiend in zijn rol als bemiddelaar tussen de eisen en verlangens van het havenbedrijfsleven en de terughoudende opstelling in de lokale politiek. Hij bracht zijn PvdA-achterban in gesprek met het bedrijfsleven en dwong de partij keuzes te maken die voor stad en haven van bepalend belang zijn geweest. Den Dunnen zei in zijn dankwoord: „Het is essentieel om te weten hoe je met vernieuwingen om moet gaan en om regelmatig met elkaar in gesprek te blijven en naar elkaar te willen luisteren.”

Midden jaren ’70 breidde de Partij van de Arbeid haar traditioneel sterke positie in Rotterdam uit tot 24 van de 45 raadszetels in 1974 en 25 in 1978. Op grond daarvan kozen de socialisten voor een polariserend beleid en eisten alle portefeuilles in het college van burgemeester en wethouders op. Den Dunnen trad in 1974 aan als raadslid en werd in 1977 wethouder, eerst van sport en recreatie en groenvoorziening, later van emancipatiebeleid, onderwijs en jeugd en vorming. In 1981 kreeg hij de portefeuille haven toebedeeld. Tegen zijn zin, want de haven zat in het politieke verdomhoekje. Begin jaren ’70 waren de prioriteiten ongenuanceerd omgeslagen ten gunste van ’de stad’. In de eerste kwarteeuw na 1945 kon, als het maar op versterking van de haven was gericht, alles. Aanleg van Botlek, Europoort en Maasvlakte. Uitbreiding van de petro-chemie tot het grootste complex in West-Europa. Alle neuzen wezen in één richting en de burgemeester beheerde per traditie de havenportefeuille.

Maar twee ontwikkelingen leidden tot één grote protestbeweging tegen de ongebreidelde uitbreiding van haven en industrie. De voorgenomen vestiging van een hoogovenbedrijf op de Maasvlakte strandde op het milieuprotest, hoewel de voornaamste reden het te verwachten tekort aan arbeidskrachten was. De tweede tegenbeweging kwam uit de Rotterdamse oude wijken, waarin actiegroepen in opstand kwamen tegen de slechte behuizing en verpauperde woonomgeving. Stadsvernieuwing werd het grote politieke issue waarvoor alles moest wijken: ook aandacht voor en investeringen in de haven. Het is de grote verdienste van Roel den Dunnen geweest zijn achterban te overtuigen van de onvermijdelijkheid van diepgaande besluiten en het was zijn prestatie in de loop van zijn wethouderschap een klimaatsverandering tot stand te brengen. Dat heeft tijd gekost, en het is interessant te constateren dat Den Dunnen tot nog toe de enige wethouder is geweest die de havenportefeuille zo lang (acht jaar) heeft kunnen beheren. Na zijn wethouderschap werd Den Dunnen secretaris-generaal van het ministerie van Ruimtelijke ordening en Milieubeheer en buitengewoon hoogleraar planologie (zijn eigenlijke vak) aan de Universiteit van Amsterdam. (KdG)